Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En als het schip daarmede weggerukt werd, en niet kon tegen den wind [33]opzeilen, [34]gaven wij het op, en dreven heen. 33. Grieks tegen ogen. 34. Dat is, lieten wij het drijven op Gods genade, waar de wind het heendreef.